Hooglied 5
Vergrendelde deur met mirre
♥ ♥ ♥ ♥ ♥
Uit Hooglied 5
Ik sliep, maar mijn hart was wakker.
Hoor! Mijn lief klopt aan!
‘Doe open, zusje, mijn vriendin,
mijn duif, mijn allermooiste.
♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥
Mijn hoofd is nat van de dauw,
mijn lokken vochtig van de nacht.’
‘Maar ik heb mijn kleed al uitgedaan,
moet ik het weer aandoen?
En ik heb mijn voeten al gewassen,
moet ik ze weer vuil maken?’
♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥
Mijn lief stak zijn hand naar binnen,
een siddering trok door mij heen – om hem!
Toen sprong ik op, ik ging hem opendoen.
Mijn handen dropen van mirre,
mirre vloeide van mijn vingers
op de grendel van de deur.
♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥
En ik deed open voor mijn lief,
maar hij was weg,
mijn lief was weggegaan.
Een duizeling beving mij
toen ik zag dat hij er niet meer was.
♥ ♥ ♥ ♥ ♥
Mijn beleving
Wat een liefde
Wat een verlangen
En wat een excuses
♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥
Welke excuses ken jij om Hem te omzeilen?
Wat doe jij dan?
♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥
Ben je klaar voor de ontmoeting?
Ik moet denke aan Esther
Zij kreeg een jaar lang dagelijks mirrebaden
als voorbereiding om de Koning te ontmoeten
♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥
Afsterven aan jezelf en volledige overgave
♥ ♥ ♥ ♥ ♥
In de Bijbel wordt mirre meermaals genoemd.
De wijzen uit het Oosten gaven behalve
goud en wierook ook mirre aan Jezus.
Het laatste werd gegeven als symbool
voor het lijden van het kind, want
in die tijd stond mirre symbool voor lijden en dood.
♥ ♥ ♥ ♥ ♥
Geen opmerkingen:
Een reactie posten